vrijdag 9 december 2011

Robbert Cijfer, Nederland (1919-1945)



Robbert (Robert/Rob/Bob) Cijfer wordt geboren op 14 september 1919 te Amsterdam. Na staatsexamen Gymnasium-Alfa te hebben gedaan, studeerde hij vanaf september 1940 Nederlands aan de Universiteit van Amsterdam.

In 1943 staakte hij (half joods) zijn studie, aangezien hij de loyaliteitsverklaring weigerde te tekenen.

Nadat er al gedichten van hem verschenen waren in verschillende school- en universiteitsbladen en in 1942 zelfs in de bloemlezing De jongste lichting, publiceerde hij in 1944 onder eigen naam en het pseudoniem G.E.Tal - gedichten in de literaire tijdschriften En Passant en Parade der Profeten.

In de loop van 1944 raakte hij betrokken bij de verspreiding van de illegale bladen Het Parool (hij bezorgde 120-150 exemplaren per dag), De Vrije Katheder en De Nieuwe Amsterdammer. Op 31 maart 1945 werd hij 's avonds rond een uur of acht, tijdens het verspreiden van Het Parool in de omgeving van zijn ouderlijk huis, door een patrouille van Nederlandse Landwachters en SS'ers gearresteerd. Na te zijn overgedragen aan de Sipo, werd hij overgebracht naar het HvB-Weteringschans. Op 11 april 1945 werd hij te Zijpe gefussileerd.

Bron - Eerebegraafplaats Bloemendaal

Ontmoeting

Ik heb de dood gezien, als kleine jongen
in 't zand gezeten, spelend met zijn zeis,
hij was zo argeloos, niet oud en grijs
en luisterde naar de psalmen, die wij zongen.

Dit is de wrede dood niet, die gedrongen
in angst-verhitte dromen ons de reis
op aarde wreed-ruw afbreekt, ik heb niet eens gedongen
om nog één uur, want hij wees 't paradijs.

1939

1 opmerking:

Jürgen Smit zei

Robbert Cijfer was de zoon van Abraham Jacob Cijfer (ca.1876) & Henriette Cornelia Sophia Voogel (ca.1887) die op 25 maart 1915 te Amsterdam in het wettelijke werden verbonden.